Lies Schouenberg – Beurskens (1932) woonde in mei 1940 aan de Roermondseweg 125, precies tegenover Driessen Bouwmaterialen. Lies had net de 1e communie gedaan toen de Duitsers binnenvielen. Terugkijkend heeft de bezetting niet veel indruk op haar gemaakt hoewel ze natuurlijk enkele spannende momenten heeft gekend.
Loes: “Wij hadden enkele zieke familieleden, t.b. zeiden ze toen. Achter het huis hadden we een extra veranda gebouwd waar de jongens konden liggen. Vanwege besmetting kwamen wij daar niet. Na de Duitse inval ging het leven al snel verder. Ik ging gewoon naar de Rochusschool. Als er een luchtalarm kwam moesten wij snel naar de overkant van de weg rennen om bij Driessen in de kelder te duiken. In onze eigen kelder zaten mijn broers met de t.b. Wij mochten niet samen zijn in een kleine ruimte.
De in Steyl gelegerde Duitsers kwamen regelmatig bij ons binnen om of naar het toilet te gaan of naar het nieuws op de radio te luisteren. Mijn ouders hebben daar niet tegen geprotesteerd omdat ze bang waren dat er problemen zouden komen.
In 1944 moesten we plotseling naar de Roze Zusters in Steyl. Mijn vader was tuinman daar en zodoende konden we daar een kamer krijgen. Maar niet voor lang, een Engelse granaat sloeg bij onze kamer in en een gedeelte van de buitenmuur werd weggeslagen. Wonder boven wonder raakte alleen mijn schoonzus gewond. Daarna zijn we weer terug gegaan naar de kelder van Driessen aan de Roermondseweg.
Honger hebben we niet geleden. Zo lang het ging haalden we melk bij van Cleef in Belfeld en groenten in Baarlo. Achter het huis hadden we een flinke groentetuin dus ook daar haalden we eten vandaan. Ook tabak werd gekweekt. Ik heb nog bij meester Kunnen thuis de tabaksbladeren opgehangen om ze te drogen.