Wie was Johannes Rose?  *22-01-1942 Tegelen    +03-08-1944 Auschwitz

Sjeng Ewalds verdiepte zich in het leven van het jongste slachtoffer op het oorlogsmonument in Tegelen: Johannes Rose werd in Tegelen geboren en overleed op 2-jarige leeftijd in Auschwitz. Hij woonde met z’n ouders, twee broers en twee zussen in een woonwagen. Reacties ontvangen we graag onder dit bericht. 

 

Binnenkort is het weer 1 maart en dan is het 79 jaar geleden dat Tegelen in 1945 werd bevrijd door de Amerikanen. De bevrijding van heel Nederland wordt op 5 mei gevierd. Op 4 mei staan we stil bij de slachtoffers van de tweede wereldoorlog.

In Tegelen gebeurt dit bij het oorlogsmonument op de Raadhuislaan. Op 4 mei 2022 vond hier de onthulling plaats van de drie Cortenstaal panelen met de namen van 100 slachtoffers. 83 Personen waren geboren en/of woonachtig in Tegelen-Steyl en 17 personen zijn omgekomen bij de strijd tegen Japan en in Nederlands-Indië. Bij het bekijken van de panelen viel mij de naam op van Johannes Rose, een kindje van 2 jaar. Van die naam had ik nooit gehoord. Wie was Johannes Rose?

Johannes Rose is 22 januari 1942 in Tegelen geboren en daarom wordt zijn naam vermeld op het Tegelse oorlogsmonument. Zijn ouders zijn Ignatz Rose en Anna Steinbach. Zij maakten deel uit van de Sinti-zigeuners. Zij verbleven dus zeer waarschijnlijk begin 1942 met hun woonwagen op het woonwagenkamp in Tegelen.

Foto uit het begin van de 20e eeuw ergens in de regio. Ik denk niet dat het in Tegelen is. De maker is de broer van mijn oma, Meester Jan Bouwman. Hij was leraar op de lagere school in Steyl en woonde op de Hoogstraat. Wandelaars poseren met de woonwagens op de achtergrond.

 

Waar lag het woonwagenkamp in Tegelen?
In 1919 deed de Woonwagenwet zijn intrede. Er werden nu allerlei eisen gesteld aan de woonwagen. Voldeed de woonwagen aan de eisen, dan kreeg deze een kenteken. Tot die tijd stonden de woonwagens op verschillende plaatsen. In Tegelen was er nog wel ruimte links of rechts waar deze woonwagens mochten staan. Daar heb ik geen verdere gegevens over. In het Venloosch Weekblad van 27-8-1894 staat een artikel over een stroper bij het Trappistenklooster “Eulingshof”. De brigadier-rijksveldwachter Van Puyenbroek betrapt een stroper en er werd hierbij geschoten. De 45-jarige Michiel Knieper, 45 jaar, geboren in Ulrich bij Koblenz (Dl) raakte hierbij gewond aan een arm, die later in het ziekenhuis werd geamputeerd. Hij was tijdelijk werkzaam bij de heer R. en woonde met zijn gezin te Steyl in een rondreizende woonwagen. Zo kom je soms een artikel tegen bij het zoeken in de krantenwebsite “Delpher”, bijvoorbeeld op 13-9-1902 in de Limburger Koerier.

 

Woonwagenkamp Klein Hetje
Op 18-7-1923 staat er in de Limburger Koerier: “Door de Raad in Tegelen werd als standplaats voor de woonwagens in de gemeente Tegelen bij plaatselijke strafverordening aangewezen het terrein gelegen op Het Klein Hetje”. Dit terrein lag aan de weg waar in 1937 de watertoren werd gebouwd. Komende van de Kaldenkerkerweg lag het dan aan de linkerkant. Op een luchtfoto van de pannenfabriek Teeuwen uit waarschijnlijk 1936-37 staan vier woonwagens op het terrein. Midden boven bij het bosje. De watertoren moet nog gebouwd worden op deze foto. Dat is de ronde, kale plek iets verderop, rechtsboven op de foto.

Op 20-6-1930 staat er in de Nieuwe Venlosche Courant dat er in Tilburg een ernstig ongeluk had plaatsgevonden. Een woonwagen stak plotseling de weg over en werd aangereden door een auto. De beide begeleiders kwamen hierbij om het leven. Dat waren de 42-jarige J.B. van Reeken, vader van 4 kinderen, uit Tegelen afkomstig, en zijn 14-jarige zoon Marinus. De vrouw en drie kinderen in de woonwagen bleven ongedeerd.

 

Woonwagenkamp Brachterweg
In december 1937 staat er in de Nieuwe Venlosche Courant: “De watertoren zal in de zomermaanden nogal enig bekijk hebben, immers hij is gelegen dicht bij het van gemeentewege aangelegde wandelpark op het Klein Hetje. In verband daarmede werd ook reeds het woonwagenpark naar den Brachterweg verplaatst.”

Aan het einde van de Brachterweg, bij de splitsing in drie wegen, ligt het woonwagenkamp gesitueerd. Dit kamp blijft hier liggen tot eind zestiger jaren. Midden bovenaan de foto.

Deze foto is een klein deel van een grote kaart van de gehele gemeente Tegelen die in 1963 door Jac. Bongaerts is gemaakt. Een kopie hiervan hangt in het verenigingslokaal van de Heemkundige Kring Tegelen.
Overigens noemen oude Tegelenaren het ook wel de “Paerdeplek”.
Er heeft ook een nissenhut gestaan. Hier zou de familie Schuman in gewoond hebben.

Dit is de bij mij tot nu toe enige bekende foto van het kampje op de Brachterweg uit ca 1958. Het is een wijkzuster van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid. Zij geeft Billa Janssen-Steinbach de hand en de kinderen Trien en Bep kijken toe. De foto komt uit het archief van de zusters in het erfgoedcentrum kloosterleven in St. Agatha.

In de kranten zie ik vaker staan dat er b.v. kinderen zijn geboren in het woonwagenkamp op de Brachterweg in Tegelen, onder andere bij de families Muller-Corbie, Weiss-Dauber, Albers-Schuman en Janssen-Verhoeven. In 1953 is er een huwelijk van de heer W. Raven en mevrouw A.M. Schuman, beide wonende op het woonwagenkamp Brachterweg.

 

Huidige situatie woonwagenkamp Tegelen.
Eind zestiger jaren werden de kleine woonwagenkampen overal opgeheven en werden de woonwagens naar het nieuwe regionale woonwagenkamp In de Römer in Blerick-Boekend verplaatst. Eind zeventiger jaren veranderde het beleid  en werd er weer gekozen voor kleinere woonwagenkampen in de regio. Het grote kamp in Blerick werd nu weer ontmanteld. In 1982 vertrokken de laatste bewoners.

In Tegelen werd er bij de spoorwegovergang in het Rood Dorp een terrein aangewezen (de Broekveldweg) waar nu nog 4 woonwagens-huizen staan.  Foto auteur november 2023

 

Familie Rose-Steinbach:
De familie Rose kom je veel tegen in Den Haag en Eindhoven. Een aantal gezinnen maakte gebruik van huisadressen in de grote steden zoals Den Haag en Amsterdam. Maar zij zullen wel door Nederland getrokken zijn en blijkbaar zijn ze in 1942 in Tegelen neergestreken. In 1936 werd er in het woonwagenkamp in Blerick een oudere zus van Johannes geboren, die de naam Tini kreeg. Ook familie komt soms in Tegelen voor. Op 24-7-1941 werd er in Tegelen een kindje dood geboren van het echtpaar Joseph Steinbach en Margaretha Rose. Margaretha is een zus van Ignatz Rose, de vader van Johannes.
De moeder van Johannes is van de familie Steinbach, een bekende naam onder de Limburgse Sinti-woonwagenbewoners. Ook de familie Rose behoorde tot de Sinti-groep.

 

 

Ontwikkelingen in Duitsland m.b.t. de zigeuners.
Tot 1939 vormden de zigeuners geen aparte categorie van vijanden van het Duitse Rijk. Zij konden wel, indien nodig als ze b.v. lastig waren, vallen onder de groep “asocialen”. Vele asocialen werden in Duitsland in kampen opgesloten. Zij droegen een zwarte driehoek op hun kampkleding. De rode driehoek was voor politieke gevangenen, de roze driehoek voor homoseksuelen en later kwam de gele ster voor de Joden.
Geleidelijk werden de zigeuners echter beschouwd als een ander, minderwaardig, mensenras. Op bevel van de Führer vaardigde Himmler op 16 december 1942 het “Auschwitz-Erlass” uit. Dat bepaalde dat alle zigeuners in het “Reich” en in de bezette gebieden moesten worden geconcentreerd in het “Zigeunerlager”, een aparte afdeling van Auschwitz-Birkenau. Het was niet zoals voor de joden in eerste instantie bedoeld als vernietigingskamp. Zigeuners mochten er in familieverband wonen in de barakken. In maart 1943 werden de eerste Duitse zigeuners het Zigeunerlager binnengevoerd, maar het duurde tot mei 1944, eer de bezette gebieden, waaronder Nederland, vrij van zigeuners werden gemaakt. Uiteindelijk kwamen er 23.000 mensen in het Zigeunerlager terecht. Aan het einde van de oorlog waren er 200.000 zigeuners door de nazi’s vermoord, ongeveer 20% van alle Sinti en Roma in Europa.

 

Woonwagenbeleid in Nederland tijdens de oorlog
In de eerste jaren van de oorlog moesten de burgemeesters, op last van de Duitsers, regelmatig lijsten inleveren van de zigeuners die in hun gemeenten woonden. Op 1-7-1943 werd er voor woonwagens een absoluut trekverbod ingevoerd. Bij overtreding zou er een verbeurdverklaring van de woonwagen plaats vinden. Eind 1943 kwam het bevel om twee verzamelkampen in Limburg in te richten, een in Venlo (voor 37 woonwagens) en een in Maastricht (voor 44 woonwagens). Woonwagens uit het noorden van Limburg moesten naar Nijmegen vertrekken. In Susteren waren de Steinbachs zelf al vertrokken naar Eindhoven, waar zich eveneens een verzamelkamp bevond. In mei 1944 stonden er in het hele land toch pas 400 van de 1163 woonwagens in verzamelkampen. De anderen hadden zich op legale of illegale weg hieraan weten te onttrekken.
In juli 1943 werd kamp Erica in Ommen ingericht voor de opvang van asocialen. In Venlo werden er 24 asocialen naar Ommen gestuurd. Hier zou een Sinti bij hebben gezeten. In Tegelen werden in juli 1943 vijf personen door de gemeentepolitie aangehouden en naar het werkkamp Erica in Ommen overgebracht. Dit waren de heren F.H. Schuman, G. Geerlings, A. Kraus, H. Scheffer en P.L.G. v.d. Velden. Het beroep van deze oud-woonwagenbewoners was koopman in oude spullen. Zij hielden zich op met zwarthandel. Zij zouden bij boeren te werk gesteld worden en loon ontvangen was beloofd. Toen later bleek dat dit niet het geval was, werd er verdere medewerking vanuit de gemeente Tegelen geweigerd.

 

Nationaal Monument Westerbork – foto auteur 2016

 

Westerbork Barak 56   Foto auteur 2016

 

Zigeunerrazzia van dinsdag 16 mei 1944 – Westerbork
In de vroege ochtend van 16 mei vonden er in 19 gemeenten in Nederland razzia’s plaats om zigeuners op te pakken. In totaal werden er 578 personen aangehouden. Zij werden per trein naar Westerbork vervoerd. Uit Den Haag 85 personen. Uit het zuiden van Nederland, vallend onder het Politiegewest Eindhoven kwamen 136 arrestanten. In Venlo werden er 22 personen opgepakt, in Beek 9 personen en in Susteren 1 persoon. In Tegelen niemand. Uit Eindhoven 42, Den Bosch 51 en Helmond 10 personen. Het waren echter lang niet allemaal “echte” zigeuners. Alleen de Sinti en Roma moesten in Westerbork blijven. De andere woonwagenbewoners (273) werden als Arisch beschouwd en teruggestuurd naar hun woonplaats. Een zestigtal personen bleek een buitenlands paspoort te hebben en werd ook teruggestuurd. Er bleven 245 Sinti-Roma over. In Westerbork kwamen zij terecht in barak 69. Zij deelden deze barak met een groep joden, slechts gescheiden door een loopgang. De volgende ochtend werden allen kaalgeschoren, in bad gedaan, ontluist en gedesinfecteerd. Ook kregen zij een medische keuring.

Ingang Auschwitz-1 “Arbeit Macht Frei”   Ingang Auschwitz-Birkenau – foto’s auteur 9-2023

 

Auschwitz Birkenau.
Op 19 mei 1944 werden deze 245 personen op transport gesteld naar Auschwitz-Birkenau. Zij werden in vijf wagons gepropt. In dezelfde trein zaten ook 446 joden, maar wel strikt gescheiden van de zigeuners. Zij moesten op het perron in Auschwitz-Birkenau uitstappen en liepen vervolgens naar het Zigeunerlager, waar zij samen opgesloten werden in de Hollandse barak 18 (Holländerblock). De mensen kregen een tatoeage op hun linker onderarm, een -Z- gevolgd door vijf cijfers. Daarna kregen ze gevangeniskleding. Het Zigeunerlager lag dicht bij de crematoria, waar ook de gaskamers waren. Op dat moment verbleven er 3000 zigeuners in het Zigeunerlager. Men moest soms urenlang op appel staan en er waren strafexercities onder het mom van sporten. Verder had de SS-arts Mengele een voorliefde voor zigeuners als proefkonijnen voor zijn medische experimenten.
Op 23 mei werden er 1500 mensen geselecteerd voor werk in Buchenwald en Ravensbrück. Op 1 augustus werden er nog eens 108 personen geselecteerd voor arbeid, 69 mannen gingen onder andere naar Buchenwald en 39 vrouwen naar Ravensbrück.

Haard Hollandse Barak 18. Van steen.
Van de houten barakken van het Zigeunerlager zie je alleen nog de contouren. Foto’s auteur 9-2023.

Op 2 augustus moesten alle resterende 3000 zigeuners, vrouwen, kinderen en ouderen zich in rijen opstellen. Het ging er chaotisch aan toe. De mensen, ook de kinderen, begrepen wat hun te wachten stond. Ze schreeuwden “moordenaars, verraders” naar de bewakers. Allen werden de gaskamers ingedreven. Hun lichamen werden verbrand in de open lucht omdat de crematoria buiten bedrijf waren. Onder de slachtoffers waren ook mevrouw Pommee-Steinbach en haar 8 kinderen uit Venlo.
Na de bevrijding zijn er slecht 32 Sinti overlevenden die huiswaarts keren naar Nederland.

Wagon op perron in Auschwitz-Birkenau

 

Johannes Rose
Hij wordt samen met zijn ouders en zijn twee broers en twee zussen in de vroege ochtend van 16 mei 1944 in Eindhoven, in het kamp de Zwaaikom, opgepakt bij de landelijke razzia op zigeuners. Op 19 mei werd de hele familie in Westerbork op transport gesteld naar Auschwitz-Birkenau. Van deze familie Rose keerde niemand terug.
Vader Ignatz werd tewerkgesteld in KDO Sangerhausen en is daar op 9-12-1944 overleden.
Het ligt ruim 400 km van Tegelen en 100 km voor Leipzig. Op internet kun je lezen dat daar 33 Nederlanders om het leven zijn gekomen, waaronder 9 Sinti. Moeder bleef met haar vijf kinderen achter in Auschwitz-Birkenau in Barak-18, de Hollandse barak. Op 2-8-1944 werden de barakken geruimd en werd Johannes met het hele gezin omgebracht. Behalve de familie Rose en de familie Pommee, behoorde ook Settela Steinbach tot de slachtoffers. Zij is bekend geworden van de foto als het meisje met hoofddoekje dat in de opening van de treinwagon stond die vertrekt vanuit Westerbork. Bij haar arrestatie woonde zij in Eindhoven.

Het in 2021 onthulde Holocaust Namenmonument in Amsterdam

Gezin van Ignatz Rose en Anna Steinbach
Ignatz Rose                 *27-12-1913 N-Scharwoude +09-12-1944 KDO Sangerhausen
Anna Steinbach          *09-09-1910 Heerlen             +03-08-1944 Auschwitz
Anna Rose                  *17-03-1933 Den Haag         +03-08-1944 Auschwitz
Tini Rose                    *03-06-1936 Blerick              +03-08-1944 Auschwitz
Joseph Rose                *15-07-1939 Delft                 +03-08-1944 Auschwitz
Johannes Rose            *22-01-1942 Tegelen             +03-08-1944 Auschwitz
Louis Rose                  *27-09-1943 Den Haag         +03-08-1944 Auschwitz

Anna Steinbach komt dus uit Zuid-Limburg en de familie Rose komt uit Den Haag.
Ignatz Rose en Anna Steinbach trouwen op 01-03-1933 in Den Haag waar al spoedig de oudste dochter wordt geboren. Via de site van de oorlogsgravenstichting (OGS) heb ik nog een dochter en drie zoontjes gevonden. Ignatz Rose is de zoon van Erdman Rose en Sophia Weis. In 1933 bij het huwelijk van Ignatz zijn zij 62 en 57 jaar.
Anna Steinbach is een dochter van Karl Steinbach en Victoria Reinhard. Haar laatst bekende adres was het woonwagenkamp in Eindhoven. De ouders van Anna zijn bij een razzia in België opgepakt en van daaruit naar Auschwitz overgebracht en vermoord.
                   

Wie was dus Johannes Rose?
Deze kleine jongeman, geboren op 22 januari 1942 in Tegelen, heeft dus nog geen drie jaar mogen worden. Het hele gezin is omgebracht door de nazi’s omdat ze tot een bepaalde bevolkingsgroep behoorden, de Sinti. Zijn naam staat dus in Tegelen op het oorlogsmonument aan de Raadhuislaan. Zijn naam staat ook, evenals zijn andere familieleden, in Amsterdam op het in 2021 onthulde Holocaust Namenmonument. Hier staan de namen van om en nabij de 102.000 personen: Joden, Sinti en Roma.

Laat ons dus ook bij het lezen van de naam Johannes Rose op de naampanelen bij het oorlogsmonument in Tegelen, stilstaan bij de waanzin van deze oorlog met zijn racistische uitwassen.

Details Nationaal Holocaust Namenmonument Amsterdam. Foto’s auteur 9-2023. Johannes Rose *22-1-1942 en zijn zus Tini Rose *3-6-1936 en anderen van de familie Rose

Literatuur – Bronnen:

Herman van Rens: Vervolgd in Limburg – Joden en Sinti in Nederlands-Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog. 2013.  Hoofdstuk 6: Vervolging van de Sinti blz.282 – 304

Peter Jorna: Rapport Namenlijst Oorlogsslachtoffers Eindhoven. Versie 23-8-2022
Peter Jorna: Sinti en Roma in Den Haag. Voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog (1900-1970) 2021.

Oorlogsgravenstichting (OGS), slachtofferregister. Via internet in te zien.

Leo Lucassen e.a.:  Mensen van de reis. Woonwagenbewoners en zigeuners in Nederland 1868-1995. Uitgave 1995.
Leo Lucassen e.a.:  Woonwagenbewoners en zigeuners in Nederland. KPC groep, 1997.

3 reacties

  1. Dag Sjeng,

    Goed gedaan om ook dit onderwerp verbonden met Tegelen uit de vergetelheid van sec een naam met data te halen en onder de aandacht te brengen.
    Heel gedegen opgesteld en vooral invoelbaar de tijdsgeest met z’n vernietigende impact, zoals je diepgaand beschrijft.
    (Bijzondere passende foto’s en illustraties, ook o.a. die van oud-ome Jan Bouwman.)
    Knap werk bij een verdrietig thema: de moord in Auschwitz op een 2-jarig in Tegelen geboren jongetje: Johannes Rose en zijn familie…

    Groet Dré
    Doesborgh

  2. Bijzonder, indrukwekkend en uitgebreid artikel dat vanuit het streekperspectief start maar dit niveau gaandeweg ontstijgt – zoals dat ook betaamt bij het reizende volk. 
    Dat daarbij andere bronnen benut en genoemd zijn maakt het compleet. De familie Rose portretteren draagt ook weer bij aan de verbreding van de aandacht voor familienamen die tot dusver (te) weinig in dit verband in Nederland gehoord en gelezen worden.

Comments are closed.